Dip of depressie?
Je hoort mensen vaak zeggen dat ze ‘even een dipje’ hebben. Daar kijkt niemand van op. Iedereen is weleens somber of treurig. Zulke gevoelens kunnen opkomen na een tegenslag of ruzie, het verlies van een dierbaar iemand of zomaar. Meestal trekt zo’n sombere bui vanzelf weg. Maar bij sommige mensen blijft deze stemming aanhouden. Ze hebben nergens meer zin in of belangstelling voor. Hun hele bestaan wordt beheerst door somberheid. Al schijnt de zon en bruist alles om hen heen van leven, het raakt hen niet. Ze missen de energie om iets te ondernemen. Het lukt maar niet om minder somber te worden. Mensen die lange tijd last houden van zo’n zwaarmoedige stemming lijden mogelijk aan een depressie.
Waar ligt de grens?
De grens tussen een dip of een depressie is niet precies te trekken. Er is meestal geen hard bewijs over het al dan niet aanwezig zijn van een ziekte. De grens is getrokken op basis van afspraken tussen deskundigen. Maar daarover valt nog wel te discussiëren. Sommige mensen die geen depressie hebben, hebben wel klachten waar ze behoorlijk onder lijden. Zij missen door de klachten misschien ook dagen op het werk. In zo’n geval is er sprake van een serieuze dip en is het goed toch eens met de huisarts te gaan praten of te bekijken wat u zelf kunt doen. Andersom is het zo dat niet iedereen met een depressie ‘psychisch gestoord’ is. Er is zeker wat mis op het moment, maar het kan vanzelf weer over gaan. Niet iedereen met een depressie heeft direct een intensieve behandeling nodig. Het is wel verstandig om samen met de huisarts de vinger aan de pols te houden.
Verschijnselen van depressief zijn:
- Somberheid, neerslachtigheid.
- Lusteloos en prikkelbaar.
- Gebrek aan interesse en plezier.
- Concentratieproblemen, vergeetachtigheid en besluiteloosheid.
- Schuldgevoelens, zelfverwijten en het gevoel niets waard te zijn.
- Het gevoel van binnen dood of leeg te zijn.
- Gevoelens van machteloosheid, wanhoop en angst.
- Grote vermoeidheid.
- Sterke neiging tot piekeren.
- Huilen zonder dat dit oplucht of graag willen huilen maar dit niet kunnen.
- Traagheid in praten, denken en bewegen of lichamelijke onrust.
- Gebrek aan eetlust en gewichtsverlies of juist overdreven eetlust.
- Gewichtstoename.
- Moeite met inslapen of doorslapen of juist niet uit bed kunnen komen.
- Weinig of geen zin in vrijen.
- Gedachten aan de dood en/of zelfdoding.
- Lichamelijke klachten zoals: verstopping, een droge mond, onverklaarbare pijn, duizeligheid, hartkloppingen, trillende handen, druk op de borst en hoofd- en rugpijn.
- Geen uitweg meer zien.
Soorten depressies:
Een depressie laat zich kort beschrijven als ongewone somberheid en/of nergens meer plezier in hebben, gedurende twee weken of langer. In combinatie met problemen als verminderde eetlust, slapeloosheid, weinig energie, vermoeidheid, concentratieproblemen, besluiteloosheid, lichamelijke onrust en gedachten over de dood of zelfdoding. Kenmerkend voor een depressie is dat de klachten het dagelijks functioneren belemmeren en dat er sprake is van psychisch lijden.
Niet alle depressies zijn hetzelfde. Ze kunnen variëren van mild tot zwaar. Hoeveel last iemand van een depressie heeft, hangt af van de mate waarin de verschijnselen op de voorgrond treden en het dagelijks functioneren verstoren. Er zijn meerdere soorten depressies te onderscheiden:
Ontstaan van depressie:
Depressies hebben niet één duidelijke oorzaak, maar ontstaan door een combinatie van biologische, psychische en sociale factoren. Anders gezegd: depressies ontstaan door een combinatie van erfelijkheid, persoonlijke eigenschappen en wat iemand meemaakt in zijn leven.
Wetenschappers spreken van het bio-psycho-sociaal model.
- Biologische factor
- Sociale factor
- Psychische factor
Biologische factor
De kans of iemand een depressie zal krijgen of niet, is afhankelijk van de kenmerken van iemands hersenen. De erfelijke aanleg speelt hierbij een hoofdrol. In sommige families komen depressies vaker voor dan in andere. De aanleg maakt mensen kwetsbaar, maar niet per se ziek. Er is sprake van een zwakke plek die aan het licht komt, wanneer de belasting te groot is. Vergelijk het met de Golden Gate hangbrug in San Francisco . Zelfs als er een paar kabels zijn geknapt, dan kan je hier rustig overheen blijven rijden met een lichte auto. Het loopt echter mis als er een zware vrachtwagen overheen rijdt. De biologische kwetsbaarheid kan uitmonden in een depressie als de leefomstandigheden moeilijk zijn.
Neurotransmitters
De zwakke plekken in de hersenen hebben te maken met de stofjes die zenuwcellen gebruiken om hun boodschappen uit te wisselen. Deze stofjes heten neurotransmitters. Ze zorgen voor onze emoties, eetlust en concentratievermogen. Voor onze stemming zijn met name de neurotransmitters serotonine en noradrenaline belangrijk. Te lage concentraties van deze stoffen vergroten de kans op depressies. Daarnaast kunnen andere stoffen, zoals hormonen, medicijnen, alcohol en drugs het ontstaan van een depressie in de hand werken. Ook zijn er verschillende lichamelijke ziektes bekend die depressieve verschijnselen kunnen veroorzaken. Denk daarbij aan afwijkingen van de schildklier of bijnierschors, suikerziekte en hart- en vaatziekten.
Sociale factor
Een depressie kan ook worden uitgelokt door verdrietige of schokkende gebeurtenissen. Zo kan de somberheid na het verlies van een partner of na ontslag overgaan in een depressie. Een ingrijpende gebeurtenis als een verhuizing kan ook een risico zijn. Iemand loopt vooral meer kans op een depressie, als hij zijn oude sociale contacten moet missen of niet kan wennen aan zijn nieuwe omgeving.
Levensgeschiedenis
De sociale oorzaken liggen niet alleen in het recente verleden, maar kunnen ook samenhangen met iemands jeugd. Zo blijkt emotionele verwaarlozing in de jeugd de kans op depressies tijdens het volwassen leven te vergroten. Ook het verlies van een ouder op jonge leeftijd kan dit effect hebben.
Psychische factor
Hiermee bedoelen we de manier waarop iemand in het leven staat. De kans op depressies wordt bijvoorbeeld verhoogd door:
- gebrekkig vermogen om problemen op te lossen
- weinig zelfvertrouwen
- veel piekeren
- onvoldoende veerkracht om verdriet en teleurstelling te verwerken
- moeite om steun te vragen
- negatief denken
- gebrekkig zelfvertrouwen
- perfectionisme
- faalangst
- streng geweten dat de eigen persoon afkeurt.
Wat kunt u zelf doen bij depressieve klachten?
Een depressie is niet iets wat je volledig zelf in de hand heeft. Het heeft dan ook geen zin om jezelf kwalijk te nemen dat je een depressie hebt. Aan de andere kant, knapt een depressie niet op als je er niets tegen onderneemt. De volgende richtlijnen kunnen je helpen jouw depressieve klachten te verlichten. Garanties heb je niet, maar als je het niet probeert, werkt het zeker niet.
Het is belangrijk om – als het lukt – klachten niet erger te laten worden. Zorg er daarom voor dat je:
- elke dag minimaal een half uur beweegt in de buitenlucht
- iedere dag minimaal één betekenisvol sociaal contact hebt
- minimaal één klus doet die je nuttig vindt
Enkele algemene tips
- probeer uit te zoeken of jouw depressie een reactie is op een gebeurtenis of een probleem en kijk of je daar een oplossing voor kunt vinden.
- ga na of er iemand in jouw omgeving is met wie je over jouw gevoelens en eventuele problemen kunt praten.
- bespreek elke paar maanden een keer met iemand die je vertrouwt of jouw leven op koers is en wat je eventueel kunt bijstellen.
- probeer te accepteren dat je een depressie hebt; zoek hulp als je dat wilt en probeer het geduld op te brengen dat nodig is voor herstel.
- zorg voor een regelmatig slaap-waakritme; ga op een normale tijd naar bed, maar sta ook op een normale tijd op.
- zoek afleiding in activiteiten die voor jou ontspannend zijn.
- blijf maatschappelijk actief, isoleer je niet.
- ga niet op vakantie als je er niet van kunt genieten, je problemen neem je immers mee.
- regelmatige lichaamsbeweging zoals fietsen, wandelen of zwemmen werkt heilzaam.
- neem tijdens de depressie geen beslissingen met vergaande gevolgen, zoals verhuizen of scheiden, het risico bestaat dat je tijdens een depressie tot een onrealistische beoordeling komt van jouw huidige situatie.
- zoek geen troost of afleiding in alcohol of drugs.
- probeer inzicht in de situatie te krijgen zodat je een eventuele volgende depressie kunt voorkomen. Psychologische begeleiding kan handig zijn.
- lees een goed zelfhulpboek.
- zorg dat je veel te weten komt over wat een depressie is.
Bij een “lichte”depressie, seizoensgebonden depressie of dystyme stoornis is er individuele begeleiding en ondersteuning door gesprekstherapie en praktische oefeningen. Zijn de klachten ernstig vraag dan eerst advies bij uw huisarts.
bronvermelding fonds psychische gezondheid
contactformulier: